maandag 22 oktober 2012

Póvoa de Varzim – Utrecht, prijsuitreiking en ons blog van 2012


Voordat wij naar huis konden reizen, werd eerst de boot van buiten en van binnen, kleding, kussens e.d. schoon-gemaakt en goed gelucht.

Ook hebben we nog even de tijd genomen om op de dam naar de deining te gaan kijken, daar kwamen reusachtige golven aanrollen.














We hadden besloten om met Ryan air naar huis te vliegen, echter die vliegen wel erg vrrroeg. De taxi was besteld voor ’s morgens 5.00 uur bij de jachthaven, deze kwam keurig op tijd. Gerrit had al aan Sophia verteld dat Porto Airport een stal van een luchthaven zou zijn (hij is er voor het laatst circa 10 jaar geleden geweest). Wij kwamen daar aan in één van de modernste luchthaven waar wij ooit geweest zijn, alles zeer futuristisch en modern. Wij hebben op het vliegveld nog even snel een bakkie koffie genomen om toch een beetje wakker te worden. Ons vliegtuig vertrok om 06.50 uur (lokale tijd) naar Eindhoven, het was in Porto nog donker. Eenmaal boven de wolken zagen wij de zonsopkomst. Het vliegtuig landde volgens het boekje om 10.25 uur in Eindhoven. Daarvandaan stond de bus al klaar om ons naar het Centraal Station te brengen. Wij joegen de trein net van het perron af en moesten dus op de volgende wachten. Maar als je stil staat op zo’n perron bekruipt de Nederlandse kou je. Eenmaal in de trein warmde wij weer een beetje op. Het voordeel is van zo vroeg vliegen dat je lekker bijtijds thuis bent. Het was wel nodig ook want alle kasten waren leeg. Appie deed deze dag goede zaken.

De telefoon heeft daarna roodgloeiend gestaan om iedereen te bellen en bij te kletsen.

 Zondag zijn wij naar Freek gegaan om zijn prijs uit te reiken.
Wij zijn tot de conclusie gekomen dat met het vliegtuig reizen sneller is als met de boot, het vliegtuig deed er 2 ½ uur over (totale reistijd naar huis was circa 7 uur) waar wij met de boot 4½ maand over hebben gedaan. Ook was het reizen met het vliegtuig goedkoper dan met de boot.

Wij vonden alle reacties op ons blog zeer leuk, dus daar willen wij iedereen voor bedanken ook alle e-mails, sms’en, telefoontjes en Skype gesprekken die wij onderweg hebben ontvangen waren bij ons zeer welkom, daarnaast hebben de beide Carla’s voor ons extra inspanningen gedaan en niet te vergeten Freek, de broer van Sophia.

Wordt vervolgd in het volgend jaar!

Logboek eindstand.


~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Onderstaand de link naar ons blogverhaal in PDF van 2012:



 2012 LLANO Zuidwaarts



~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

woensdag 10 oktober 2012

Viana do Castelo – Póvoa de Varzim


Onze drijvende achterbuurt, genomen door Dwarskop bij vertrek uit La Caruña.
Tot aan zondag was het in Viana do Castelo  erg warm. Maar ’s maandags sloeg het weer om in regen en mist, daarom besloten wij om te blijven liggen en aan de boot te klussen, dat is gewoon nodig als je zolang en intensief op de boot woont.
Dinsdag in de ochtend was hetzelfde liedje, maar je kunt niet eeuwig blijven liggen dus zijn wij vertrokken. Nog niet buiten de havenpieren was het potdicht van de mist, Gelukkig heeft de LLANO radar en was het geen probleem om door te varen. Plotseling dook er een houten vissersscheepje achter ons op die wij niet op de radar gezien hadden, zo’n ding heeft wel radar maar geen radarreflector, lekker veilig is dat. Enfin, na een uurtje of twee trok de mist zich terug naar de kust en begon bij ons de zon te schijnen. Bij het passeren van het experimentele windpark van de Portugese kust lag er alleen één drijvende windmolen maar de grote golf elektrische tijdcentrale van 120 meter lang hebben wij niet gezien, weer een alternatieve energie rariteit gemist.

Na de drijvende windmolen kregen wij eerst bezoek van een groep tonijnen, die spartelend boven water zwommen. Daarna zagen wij plotseling twee dolfijnen die rond het schip heen zwommen tot aan de havendammen van Póvoa de Varzim. Ze waren zo snel dat het niet lukte om ze te fotograferen of te filmen. We hebben het wel geprobeerd, maar je zag alleen maar opspattend water op de foto’s.
Póvoa de Varzim, vanaf zee gezien.

Eenmaal tussen de pieren wisten wij dat dit het einde van deel 1 van deze reis is. De ontvangst van de jachthaven was zeer hartelijk, helaas misten wij net een etentje, dat werd georganiseerd door Brian (een Engelse overwinteraar die hier al jaren met zijn catamaran op de wal staat en erin woont).

De afstand was 28 mijl.

In deze haven begin je al echt te merken dat je hier geen weekendzeilers hebt maar yachties (dat zijn mensen die wonen en leven op de boot, zee zwervers).
Na geregel voor een plek op de wal en andere dingen die nog moeten gebeuren is de medewerking overweldigend.

Wij hebben onze terugreis geboekt en vliegen maandag naar huis.

Zoals onze nautische TomTom zei: Destino!
 

zondag 7 oktober 2012

Islas Cies – Viana do Castelo


We hebben ’s nachts flink liggen slingeren, want de wind was uit het oosten gekomen, dan lig je daar precies aan lager wal met een pittige golfslag.
Dit keer heeft het anker ons niet in de steek gelaten, maar wat wil je 6 meter diep en met 40 meter ketting ervoor.
Ankerplaats Islas Cies
Dit is een conger aal.

De ochtend begon met een geweldig mooie zonsopkomst maar wel fris, alles aan dek was nat van de dauw. Na het ontbijt hebben wij anker op gehaald en zijn naar het zuiden gevaren.  Eventjes hadden wij een leuk windje waarbij alle zeilen bij konden, maar na een uur was die pret over en ging het weer  op de diesel.
Gelukkig scheen de zon en werd de temperatuur ook weer lekker (ong. 24 C). Ineens waren de dolfijnen weer aanwezig, deze hebben ons een hele tijd geplaagd, omdat ze rondom de boot aan het spelen waren maar ze waren zo snel dat wij ze niet konden fotograferen of filmen, volgens onze gegevens waren het wit flank dolfijnen. Nu wij de Ria’s uit zijn wordt de kust minder grillig maar het stikt hier wel van de visnetten. Wij zijn continue alert om de visboeitjes te ontwijken, ongelofelijk dat hier nog een visje rond zwemt.
Om 14.15 uur passeerden wij de Spaans-Portugese grens met het bijbehorende vlaggenritueel, tevens kwam een dolfijn ons Spanje uitzwaaien. Wij hebben de klok een uur terug gezet en zijn doorgevaren naar Viana do Castelo. Daar aangekomen kwam de havenmeester met zijn bootje ons tegemoet varen om ons een leuk plekje te geven. We hebben nu een privé steiger wat vroeger het tankstation was, dus niemand die ons komt storen. Eindelijk een havenmeester die perfect Engels sprak, dat hebben wij geweten want hij ratelde aan één stuk door tot onze oren begonnen te tuten, maar daardoor hebben wij een hoop informatie van de stad, de omgeving en van Portugal gekregen. We hebben ook besloten om maar gelijk een paar dagen te blijven liggen (de prijs van de jachthaven is ons zeer sympathiek).

De afstand was 42 mijl.
Aanloop Viana do Castelo.

Vanaf de boot kijken wij tegen een brug aan die meneer Eiffel ontworpen heeft het is op 30 juni 1878 in gebruik genomen. De brug is 563 meter lang, 6 meter breed en er is 2000 ton aan ijzer verwerkt voor de constructie, heeft 9 granieten pijlers met elk een 22 meter overspanning. Het plaatsje heeft veel oude gebouwen.

Wij hebben moeite om naar de Portugese taal over te schakelen, daar wij al een beetje aan de Spaanse taal gewend begonnen te raken, dat hebben wij circa 2 maanden gehoord en geprobeerd te spreken.


Mini Pr. Clausburg.

Fort/Kasteel van Sao Tiago de Barra.

vrijdag 5 oktober 2012

Combarro – Baiona – Islas Cies



’s Morgens toen wij uit de veren kwamen was het bewolkt, waarvan wij aardige foto’s hebben kunnen maken van de wolken tussen de bergen.

Nog even snel wat boodschappen gedaan, waarbij Sophia de grootste vis ving die wij deze reis hebben gevangen. Namelijk wij bestelden 2 moten zalm, die van een enorme vis werden afgesneden, toen de visjuffrouw daarmee klaar was, probeerde zij hem op het ijs terug te leggen, maar de vis die gleed door, in een reflex ving Sophia de vis op, dat was tenminste een vangst, de visjuffrouw schrok zich rot en wij lagen in een deuk. Sophia zat onder de schubben met duizend verontschuldigingen kreeg ze een meter schoonmaakpapier aangeboden. Na gierend van de lach terug gelopen te hebben, hebben wij de trossen los gegooid en zijn in de richting van Baiona gevaren. Helaas stond er geen wind en moest het hele stuk op de motor. Bij het passeren van Isla de Cies zagen wij een mooi strand, maar wij zijn eerst doorgevaren naar Baiona. Daar aangekomen vernamen we dat wij 10% korting kregen omdat onze vorige haven Combarro was (klein meevallertje).

De afstand was 32 mijl.
Aanloop Baiona.

Baiona is een erg mooie stad waar Colombus met de Pinta op 1 maart 1493 uit Amerika terug kwam. Wij hebben een erg mooie wandeling om de vesting heen gemaakt, met warm weer en beneden ons een flinke branding.
 
 
Zeeasters groeien daar welig.
’s Avonds zijn wij aan de wal een bak koffie wezen drinken en daar in de kroeg hingen gigantische Tv-schermen waar de voetbalwedstrijd Ajax-Real Madrid werd gespeeld, wat een afgang was dat.


Uitzicht op Cies.
De laatste tijd werden wij door één mug geplaagd, deze sneuvelde door de elektrische mepper, zodat wij nu een heerlijke nachtrust hebben. Wij hadden ons al met Deet  ingesmeerd.
Rond de middag hebben wij afscheid genomen van Baiona en zijn weer terug gegaan naar het (eiland) Isla Cies. 

Afstand was 8 mijl.

 Wij zijn voor anker gegaan voor het prachtige strand en hebben na de lunch (zeker te weten dat het anker het hield) met de rubberboot naar het strand gevaren. Gelukkig zaten al onze spullen in een waterdichte rugzak, want al ziet het water er nog zo vlak uit, op het strand staat er een behoorlijke branding. Wij zijn er nog goed afgekomen met één brekertje in de rubberboot. Zo snel we konden hebben we de boot beet gepakt en hoger op het strand gedragen. Daarna zijn wij het eiland opgeklommen. Het is hier een paradijsje op aarde zo mooi. Eigenlijk bestaat het eiland uit twee delen, Islas de Cies en Isla de Faro. Officieel is het natuurgebied waar je alleen met een permit in mag, maar dit hebben wij aan ons laars gelapt, samen met een Frans schip die hetzelfde dacht als ons.
 

maandag 1 oktober 2012

Caramiñal - Porto Novo – Combarro

Zondagochtend vroeg bulderde de wind nog vrolijk door de haven, maar tegen het middaguur stortte hij als een kaartenhuis in. Dus vlug naar de havenmeester om te betalen en wegwezen. Dit was trouwens heel leuk, want op de 29ste ging het laag seizoen tarief in. De dagen daarvoor werden daar ook op berekend.

Eenmaal buiten de haven zijn wij op de genua verder gevaren, daar kwamen wij 2 vriendelijke Flippers tegen, maar die hadden geen belangstelling in ons en waren zo weer vertrokken. Het zonnetje werd steeds warmer, dus lange broeken en vesten gingen uit en zwembroeken en t-shirts kwamen weer voor de dag. Het visgerei werd ook weer uitgezet en al snel hadden wij er een makreel aan zitten, de eerste sinds lange tijd! Bij het van de haak halen maakte hij nog een laatste stuiptrekking waardoor hij zijn vrijheid weer terug had. Als je alle vloeken weg laat is er niets gezegd en natuurlijk beet er daarna geen één meer.

De afstand was 24,3 mijl.

Aan-gekomen in Porto Novo, dat ligt in de Ria de Pontevedra, hebben wij een wandeling gemaakt langs het strand naar Sanxenxo, dit is een soort Scheveningen op z’n Spaans daarna zijn we weer, nadat wij een ijsje hebben gegeten, terug gelopen.

We hebben eerst wat geborreld in de kuip, waar plotseling op de reling, naast Sophia, een ijsvogeltje kwam zitten. Het beestje schrok waarschijnlijk van ons en ging er snel vandoor, helaas heeft alleen Gerrit dit dus gezien. 

Na een goede nachtrust zijn wij naar Combarro vertrokken wat aan het einde van de Ria ligt, zoals gewoonlijk is hier ook de omgeving geweldig. We werden door een vriendelijke havenmeester opgewacht, hij sprak geen woord Engels, maar alles ging in gebarentaal en dat werkte deze keer prima.
Jachtclub van Combarro.
Nadat wij de dieseltank hebben vol gegooid mochten wij zelf een ligplaats uitzoeken. Bij het afrekenen kregen wij vaantje van de haven mee. De jachtclub heeft hier een hele aparte naam.
Jachthaven Combarro.

De afstand  was 9 mijl.

’s Middags zijn wij het dorpje in gegaan en natuurlijk is het hier ook allemaal lekker stijl, waardoor wij leuke foto’s konden maken.
Ria de Pontevedra.
Wij kunnen merken dat het hier ook herfst gaat worden, want ‘s morgens is het om 8.00 nog donker en alles is erg vochtig en ’s avonds na 19.00 uur zit je ook weer met een lange broek aan.

De planning is om morgen naar Baiona te varen, dat zal voorlopig onze laatste Spaanse haven zijn, daarna is het nog circa 50 mijl naar onze winterbestemming.

zaterdag 29 september 2012

Verwaaid in Caramiñal


Wij wisten vooruit dat wij hier enkele dagen vast zouden liggen, maar wij lagen stevig in de box gemeerd. De harde wind was erg bizar, het woei als de rook, maar de zon scheen volop.
Tijdens één van de wandelingen gemaakt.
Dus uit de wind is het knap warm, maar in de wind is het fris en moet je oppassen dat je niet door de zon geroosterd wordt. Het is een grappig plaatsje waar wij liggen, de bouwstijlen modern en oud lopen hier door elkaar.

Vergane glorie van de conservenfabriek.
Het enige nadeel in deze stad is er liggen hier 3 koelschepen te laden waarvan er 2 van een Nederlandse rederij zijn, eentje ervan is bezig van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat iets met voorhamers te bewerken, dat lawaai hoor je zelfs aan de andere kant van de stad. Ook is vreemd dat het personeel in het VVV-kantoor buiten Spaans zeer, zeer slecht Engels spreekt. Bij de vraag of ze Engels spreken werd dat aangegeven in een afstand tussen duim en wijsvinger van circa 5 cm. Normaal hoor je zo'n baan niet te krijgen als je je niet kan uitdrukken in Engels, Frans of Duits enzo. Wij hebben vernomen dat zulk soort baantjes veelal vriendjespolitiek is.

Aangezien er hier geen wasmachines zijn hebben wij hier een klein handwasje gedaan, dat door de harde wind zo droog was. Heel dom van ons wij hadden in Muros de (grote) was moeten doen, daar was er de mogelijkheid voor maar € 3, - en € 2, - voor de droger, maar helaas. . .

Morgen willen wij graag naar Porto Novo dat ligt in de Ria de Ponteverda, volgens de kaart is dat een afstand van circa 25 mijl.



 

 

donderdag 27 september 2012

Muros- Ribeira-Caramiñal

Woensdag na een mals regenbuitje zijn wij boodschappen gaan doen en daarna naar de havenmeester om af te rekenen. Dat viel reuze mee, één dag werd er gewoon geschrapt en wij kregen ook nog een flesje wijn,
zulke service hadden wij nog nooit mee gemaakt. Na afscheid te hebben genomen van inmiddels alle bekenden in de haven hebben wij zee gekozen.

Eenmaal buiten de Ria stond er een koppige deining en golven maar het was wel te bezeilen tot aan de ingang van Ria Arousa, niet dat wij er recht tegen in moesten maar de wind kwam pal van achteren, zodat wij de zeilen hebben weggenomen omdat wij vreesden dat anders de zeilen naar de knoppen zouden gaan, want op een deining met pal op de kont is het bijna niet te sturen om de zeilen continu vol te houden. Gelukkig deed het zonnetje dapper mee, zodat de zeilkleding uit kon. Aangekomen in Ribeira kwamen wij in een klein jachthaventje terecht dat hoofdzakelijk bevolkt werd door kleine vissersbootjes. Wij waren daar het grootste zeilschip in de haven. Alles had daar ietwat achterstallig onderhoud.

De afstand was 42 mijl.

Lokale visser in Ribeira.
Deze Ria is weer totaal anders dan de vorige, in plaats van hoge bergen, wemelt het hier van gigantische stenen. Aangezien er harde wind wordt verwacht, vonden wij het niet verantwoord om op dit steiger te blijven liggen en zijn wij verkast naar Caramiñal, deze haven ligt gunstiger voor noordoosten wind en is solider. Wij hebben in deze Ria tot nu toe volop zon gehad met harde wind. Vanavond hebben wij gelukkig weer eens in de kuip gegeten (visje, gekocht). In de supermarkt is de verse visafdeling even groot als de vleesafdeling, alleen ’s maandags is er geen vis te koop, wat opvalt dat er veel zeeduivels verkocht worden, dit is een afgrijselijk uitziende vis met enorme kop, wat hier een delicatesse is.

De afstand was 7,5 mijl.

In deze Ria wordt veel aan mosselteelt gedaan dat aan hangcultuur gebeurt met drijvende stellages van ongeveer 30 x 30 meter waar lange touwen onder hangen, waar de mosselen zich op afzetten. Wij hebben gelezen dat zo’n stellage wel 65 ton per jaar aan mosselen kan opleveren

dinsdag 25 september 2012

Muros y la tormenta

Wij hadden eerst de planning gemaakt om voor de storm naar Riveira te varen, maar die haven is vrij open naar het westen daarom zijn wij in Muros blijven liggen omdat je hier goed beschut ligt (behalve tegen valwinden die hier zo af en toe van de bergen af donderen).

Eén van de vele steegjes.
Zaterdagochtend begon de dag met windstil weer en een bloedrode zonsopkomst boven de bergen, wij dachten dat gaat allemaal wel meevallen, maar wij toch zekerheid genomen en hebben extra trossen op het steiger gezet zodat wij als een spin in een web lagen. Rond de middag kwam het eerste briesje, maar ’s middags om 16.00 uur bulderde het met 45 knopen (is windkracht 9 Bft)  door de Ria heen. Het werd gewoon gevaarlijk om over het steiger te lopen. Dit theater hield tot maandagmorgen aan.
Is dit Nadine of het 'vrouwtje van Stavoren'of  . . . .
We hadden het idee om dinsdag weg te varen zodat de deining kon afvlakken maar van maandag op dinsdag-nacht begon het weer te hozen en te waaien zodat dinsdagmorgen Sophia maar eerst naar het havenkantoor is gegaan om de weerkaarten en de grib-files te downloaden. Hieruit bleek dat het dinsdag zeer wisselvallig zou zijn met veel wind en regen uit het westen en woensdag zal het rustiger weer zijn met wind uit het noorden komen.

Als dat zo doorgaat noemen ze ons hier bij de Gadis (soort Spaanse C1000) bij de voornaam. Wij gaan vanavond weer een visje scoren want ze zijn heel uitgebreid met vis en er is hier ook een visafslag aan de voorkant, dus keuze zat.
 

Ons aquarium.
Tijdens de storm heeft onze WiFi (buiten)antenne te veel waterpret gehad en doet het nu dus niet meer, deze antenne was zeer goed om grote afstanden te overbruggen.
Wij waren al van plan om een nieuwe (waterdichte) aan te schaffen als wij weer terug in Nederland zouden zijn, de antenne is eigenlijk net een maandje te vroeg kapot gegaan. Sophia moet nu met de netbook naar het havenkantoor om de weerberichten en de mail binnen te halen en om het blog bij te werken (de stakker). Dit gaat waarschijnlijk problemen geven als wij ergens voor anker liggen want dan is de afstand te groot, als wij dan aan wal gaan zal de netbook in de rugtas mee moeten. We zullen wel zien hoe we dat die ene maand gaan oplossen.
De haven van Muros
 
 

vrijdag 21 september 2012

Corcubión – Muros en “door het oog van de naald”


Nadat wij in Corcubión voor anker waren gegaan, waren wij ervan overtuigd dat het schip goed voor anker lag.
Hier liggen wij 'nog' netjes naast de Oostenrijker.
Wij zijn ’s middags aan de wal gegaan om in Cee boodschappen te doen, de wind was toen vlagerig en er kwamen veel valwinden van de bergen af, maar wij vonden dat wij goed voor anker lagen. Na het stadje bekeken te hebben en boodschappen te hebben gedaan, liepen wij langs het strand terug en tot onze grote schrik lag de LLANO niet meer op zijn plek. Een eind verderop bij de visserskaai zagen wij hem langs een visserschip scheren recht naar de rotsen, we hebben van ons leven nog nooit zo hard gelopen (met volle bepakking) om bij de rubberboot te komen. Maar een lokale visser en een Oostenrijkse mede ankeraar zagen het gebeuren en gingen er met de motorboot er achteraan. Die hebben alle ankerketting gevierd die onze boot heeft, toen kwam de boot circa 100 meter voor de rotsen tot stilstand. Alles was al gebeurd voordat wij aan boord waren. Wij bedankte hartelijk de redders van ons schip. De visserman wilde er absoluut niets voor hebben en verdween zoals hij gekomen was, met de Oostenrijker hebben wij ’s avonds een wijntje gedronken en het hele avontuur nogmaals besproken. Bij het anker opdraaien bleek dat er een gigantische hoeveelheid kelp op het anker zat. Kelp is een soort van spinazie met hele grote en taaie bladeren waar een anker moeilijk op houdt. Doordat er de volgende dag veel wind stond zijn wij op die plek blijven liggen en aan boord gebleven, nu hield het anker goed. Bij ons vertrek uit Corcubión lag het anker weer vol met kelp, maar deze keer gelukkig niet zo veel.


De scheepskok,.
Met windsterkte 0 zijn wij naar Muros vertrokken, in de pilot stond dat deze ankergrond vol met weed (niet te verwarren met wiet) zit. Wij hadden al gehoord dat de haven gesloten was voor jachten, maar de Oostenrijker had ons verteld over een nieuwe jachthaven en dat klopte hij was pas 2 maanden geopend (met Europees geld) waar wij lagen als een vorst, volop water en elektriciteit plus ons aquarium. In het havengebouw zien de douches en de wasruimte er zeer goed uit er is tevens een soort van binnentuin met zitjes en een aparte ruimte voor WiFi, dus ditmaal helaas geen WiFi op de boot. ’s Avonds bij het eten zag Sophia een wolk over de berg heen komen en binnen 10 minuten zaten wij in de potdichte mist, wat rond 23.00 uur weer even snel verdween als het was gekomen. Iedereen praat hier over de tropische storm Nadine die hier morgen langs de kust afscheert richting Noord-Europa, dus wij weten nog niet wat wij morgen gaan doen.

De afgelegde afstand was 25,5 mijl.
 

Muros bij nacht
 

dinsdag 18 september 2012

La Coruña – Corme – Camariñas – Finisterre - Corcubión


Bij vertrek uit La Coruña deed het log het niet, dus we hebben nog drijvende in de haven het log eruit getrokken en schoon gemaakt, dat was nodig ook want het zat helemaal vol met zeepokken. Toen dat alles gefikst was zijn wij op de motor, want er stond geen zuchtje wind maar het was wel warm en vochtig want het teak in de kuip droogde bijna niet, de haven uitgevaren. Na Islas Sisargas stak plotseling de wind op en konden wij zeilend verder. We kwamen twee olijke dolfijnen tegen die een leuk showtje weggaven, na alle opwinding kwamen erachter dat we de fototoestellen niet aan dek hadden, toen wij die aan dek hadden verdwenen de dolfijnen, dus wederom geen foto’s. In de Ria del Corme hebben wij een heel leuk ankerplekje gevonden, vlakbij het strand en tussen de rotsen.

Corme dorp


Wij hebben er nu spijt van dat wij geen glazen bodem in de boot hebben gezet want dan hebben wij nu een prachtig aquarium. Ook ons anker wat op 10 meter diepte lag was zichtbaar. De Noord-Spaanse Ria’s zijn bekend om hun schoonheid, dat was voor ons gelijk bingo. Zo mooi hebben wij nog nooit voor anker gelegen.



De afstand van deze dag was 41 mijl.


De volgende dag was het bewolkt en wij besloten om na het middaguur te vertrekken de zon kwam ook nog even om de hoek kijken. Er was niet veel wind en wat er was kwam uit het zuiden, dus er recht tegen in. Net voor het passeren van Cabo Vilano kwamen wij weer dolfijnen tegen, met grootste consternatie werden snel de camera’s gepakt, maar voordat die boven dek waren, zwommen de dolfijnen alweer achter ons, alsof wij er niet waren, dus geen show dit keer (de hufters).


Cabo Vilano is een gigantische brok steen met een vuurtoren erop, heel imposant om te zien. Na deze gerond te hebben voeren wij de Ria Camariñas in. Camariñas is een vissersdorp waar je als zeiler ook welkom bent, de havenmeester spreekt geen woord Engels dus alles gaat met gebaren, maar wij werden door hem keurig opgewacht en hij belegde onze landvasten.


De afstand van deze dag was 23,5 mijl.



Regelmatig komen wij stenen schuurtjes tegen die op graftombes lijken, maar vroeger bewaarde men daar het graan, daarom zijn ze van steen en staan ze op stenen poten zodat de ratten en muizen er niet bij kunnen. Het vreemde is dat ze allemaal dezelfde maat hebben en wij zijn er nog niet achter waarom dat zo is.


Na Camariñas zijn wij naar Finisterre vertrokken. Het was bijna windstil en heiig.



Eenmaal bij Cabo Finisterre begon het iets te regenen en te waaien, de wind was niet genoeg om te zeilen. Op het einde van de middag bereikten wij het dorpje Finisterre en wij zijn daar voor anker gegaan. Er is daar wel een jachthaven, maar die ligt vol met kleine visbootjes van de plaatselijke bevolking. Terwijl zoals vele jachthavens, hier in Spanje, betaald door de EU. Wij zijn ’s avonds nog de wal aan geweest, even een terrasje gepakt (1 glas wijn en 1 bier voor € 3,--). Daarna hebben wij nog even in de kuip gezeten en hebben voor Mieke en Cor een wensballon opgelaten, deze ging mooi omhoog en brandde als een heldere ster. Wij vonden dat nodig want deze mensen worden de laatste tijd aardig met pech achtervolgt.

De afstand was 31 mijl.

De volgend morgen zijn wij naar Ria de Corcubión vertrokken, 8 mijl verderop.

Eenmaal in de Ria werden wij getrakteerd door een dolfijnenshow en wat voor één! Het waren hele grote en ze schoten rakelings langs de boot af. Eerst dachten wij dat het 3 stuks waren, maar het bleek een hele familie te zijn met jonkies en al.





Gelukkig waren deze wel bereid om voor de camera’s te poseren daar hebben wij dapper gebruik van gemaakt. Daarna zijn wij voor anker gegaan in 4,5 meter water.