Gelukkig gaat
het met de knie van Sophia beter, na 4 dagen werd de kruk niet meer gebruikt en
vanaf nu wordt het knieverband alleen met lange afstanden lopen omgedaan.
Etna en
omgeving.
Wij hadden op
woensdag (8 april) afgesproken met Elise en Johan op Catania Airport.
Gelukkig voor
ons dat zij die reis hadden geboekt, konden ze mooi voor ons een nieuw tablet
meenemen.
Zij kwamen per
vliegtuig en wij met de bus.
Nadat wij
elkaar op het vliegveld gevonden hadden, inmiddels hadden Johan en Elise de
huurauto afgehaald, zijn wij gelijk vertrokken om een rit rond de Etna te
maken. In Catania was het circa 16 graden, maar later op de dag zagen wij de
sneeuw in de berm liggen, de laagste buitentemperatuur was 5 graden.
Onderweg zijn
wij van de snelweg afgegaan om via binnenwegen de omgeving te verkennen.
Hierbij reden wij door oude stadjes en dorpen, waarvan er veel verwaarloosd
waren. In Randazzo zijn wij gestopt om een bak koffie te drinken, het plaatsje
was aardig uitgestorven. Na deze rustpauze zijn wij doorgereden naar de
“Alcantara kloof”. De kloof had niet het
sprankelende blauwe water wat in de folders staat, maar zag er grijs/grauw uit.
|
Volgens folder |
De entree die
je daar moest betalen was aan de forse kant, zodat wij een plekje hebben
gezocht met uitzicht op de kloof en hebben wij niet de afdaling door de kloof
gedaan. Evenals de kloof was het weer daar ook bewolkt en grijs.
Wij zijn
daarop naar ons hotelletje, in de buurt van Taormina gegaan, wat op een
bijzondere plaats ligt. Het hotel ligt bijna bovenop het strand, aan de
achterkant rijdt een trein en de weg om er te komen, loopt dwars door een
stromend riviertje, die wij met de assen in het water moesten oversteken.
Bij
het zoeken naar de accommodatie is Johan uitgestapt en Gerrit is hem gevolgd,
daarna kwamen er 2 auto’s aan, waarvan de laatste een vrachtauto was, die kon
er niet voorbij, de dames (Elise en Sophia) stonden achterin doodsangsten uit,
gelukkig kwam Johan al snel tevoorschijn en hij kon de auto zover als mogelijk
aan de kant zetten. Hij had de ingang van het hotelletje gevonden en wij zijn
naar de parkeerplek gereden en hebben ons in de kamer geïnstalleerd.
Na een lekker
etentje in een klein restaurantje om de hoek, hebben wij de eerste dag
afgesloten.
Donderdagmorgen
vroeg uit de veren om weer op verkenning te gaan. Na het ontbijt zijn wij in
het Italiaanse spaghetti verkeer gedoken.
Bij de voet van de Etna, was er bijna
geen verkeer en de weg ging slingerend omhoog. In het begin staan er allemaal
fruitbomen, iets hoger worden het loofbomen, weer wat verder worden het
naaldbomen (waarin hele vreemde witte zakjes in hingen), omdat de weg smal en
bochtig was konden wij niet stil gaan staan om er foto’s van te maken of om het
van dichtbij te bekijken.
Daarna kom je
boven de bomengrens, daar lag nog aardig wat sneeuw en op de parkeerplaats, van
het hoogst mogelijk punt dat je met de auto kan komen, was de temperatuur nog
maar 1 graad, wij waren er op voorbereid dat het daar best eens koud kon zijn.
De zon was daar best wel krachtig omdat de bewolking onder ons dreef.
We hebben daar
rondgewandeld en hebben de krater Silvestri bekeken.
Nadat wij een
bakje koffie op het terras hebben genomen (eerst even de sneeuw van de stoelen
vegen), zijn wij bergafwaarts gegaan. In het dorp Nicolosi zagen wij mensen met
heerlijk broodjes een piepklein winkeltje uitkomen. Daar hebben wij ook onze
heerlijke broodjes besteld en die hebben wij op een bankje, in de zon, op het
dorpsplein gegeten.
Iedereen zal
het wel begrijpen dat wij een heel zwaar leven hebben!
Daarna zijn
wij richting hotel gereden om vandaar de bus te pakken naar Taormina bovenop de
berg.
Het stadje is
extreem toeristisch, de straten waren overbevolkt van mensen, het heeft een
prachtig park met een fantastisch uitzicht op de Etna omdat de zon precies op
de sneeuw van de Etna weerkaatste en ook omdat het wolkeloos was.
|
Straatje in Taormina |
Bij het
uitzoeken van een restaurantje kwamen wij er achter dat het op de berg tweemaal
zo duur is als op de boulevard beneden. De bustocht terug zal ons lang heugen,
men had een te grote bus ingezet om dat traject te rijden. Bij het uitrijden
van de centrale bushalte, ramde hij met zijn voorspoiler de straat, na hevig
heen en weer rijden kon hij maar net de bocht krijgen om naar beneden te gaan,
Bijna elke bocht en het waren er vele, moest hij steken om de bocht te krijgen,
wij zaten voorin en keken af en toe naar een enorme diepte naast het raam,
diverse auto’s werden weggetoeterd om plaats te maken voor onze bus die dan
ergens een parkeerplaats opvlogen. Gelukkig zijn wij als passagier heelhuids
beneden gekomen. Gierend van de lach zijn wij daarna het restaurantje van de
vorige avond ingedoken.
Vrijdagmorgen
na het ontbijt en inpakken ging het richting Piazza Armerina om de Villa Romana
del Casale te bekijken. Wij zijn dit stuk over de snelweg gereden omdat het
binnendoor veel te lang zou gaan duren, maar vanaf de snelweg ziet het
landschap er adembenemend uit door hun dalen en akkers. Rond de middag hebben
wij de Vila Romana del Casale bekeken die bekend is om zijn oude
mozaïekvloeren, waarschijnlijk gemaakt door Noord-Afrikaanse kunstenaars. Het
is erg mooi en druk van toeristen en het is opgenomen in het Werelderfgoedlijst
Unesco.
Nadat wij daar
een broodje hebben gegeten werd het toch echt tijd om richting Marina di Ragusa
te gaan. Hierbij hebben wij echt een toeristisch route gevolgd, op een
slingerend landweggetje met prachtige uitzichten over hoge heuvels en grote
diepe dalen, de natuur is hier erg groen en dat zal over een paar maanden wel
anders zijn. De mooiste bloemetjes stonden langs de kant van de weg in volle
bloei.
Eind van de
middag kwamen wij in Marina di Ragusa aan en hier zijn Elise en Johan naar hun
appartement gegaan en wij naar boord. 's Avonds hebben wij met zijn vieren bij
ons aan boord nog een pizza’tje gegeten, waarna Elise en Johan naar hun
appartement zijn vertrokken en wij hebben nog even de laatste stuipen van de
Open Mic meegekregen. Daarna hebben wij onze kooi opgezocht.