Zondagmorgen 27 september ging de wekker af om 05.00
uur en zijn wij richting Crotone
gevaren. Hierbij moet de baai van Taranto worden overgestoken, dat is een
pittig stuk van 70 mijl.
Maar met noordelijke wind tussen de 4 en 5 Bft. vlogen wij als een meeuw over
het water, snelheden van 7 knopen werden normaal, maar het was erg ruig. Om
18.25 uur hadden wij de landvasten in Crotone vast.
Afstand 73
mijl.
Wij zijn ’s maandags niet vertrokken omdat er veel wind,
regen en onweer voorspelt was. Die dag stond er alleen veel wind en het onweer
en regen kwam ’s nachts.
Wij ontdekten dat er een splitpen van de as van de lummel
(dat is de verbinding tussen de giek en de mast) gebroken was en dat de as
eruit liep, dit moest zo snel mogelijk gerepareerd worden. Na een vreemde
constructie hebben wij de giek eraf kunnen nemen, de as verwijderd, de lagers
schoongemaakt en toen kwam het probleem, er moest een nieuwe splitpen komen,
die was even niet voorhanden. Dus alles weer opgebouwd met een schroevendraaier
als tijdelijke borg. Het grote zoeken begon van winkel in en winkel uit, het
formaat (dun en lang) was moeilijk verkrijgbaar. Na de derde dag kwamen wij bij
een shipchandler, (van hem ‘kregen’ wij trouwens, als service, wel een splitpen
maar te dik) op het idee dat er een tuiger op een ander terrein zat en die zou ons misschien kunnen helpen. Daar heen gegaan en ja hoor gelukkig de juiste
maat, gelijk maar een reserve erbij gekocht, alles is nu weer zoals het hoort
te zitten. Qua scheepsonderdelen is Italië een zesde wereldland.
Wij kregen in Crotone de ene na de andere
onweerswaarschuwing over ons heen. Met een hevige regenbui hebben wij weer als
vanouds de halve haven zonder stroom gezet. De havenmeester zei aqua en elektra
is boem!
Maar boos waren ze niet op ons, want wij kregen 2 zeebaarzen (die nog
leefden) van hun, verser kan je geen vis krijgen. Ze zijn op de planche gegaan
en wij hebben daar lekker van gesmikkeld.
De volgende morgen zat de hele stad zonder stroom, niet door
ons hoor! Het onweer heeft ‘ergens’ een kortsluiting veroorzaakt.
Op zaterdag zijn wij ‘s morgens om 06.40 uur vertrokken met
bestemming die wij zelf nog niet wisten, het zou Rocelle Ionica of Siracusa
worden. Als het Rocella Ionica zou worden, moesten wij voordat het donker wordt
bij de haven zijn, omdat er voor de haven een grote zandbank ligt (op de
heenweg hebben wij hem al geraakt). Bestemming Siracusa zou een nacht doorvaren betekenen.
Onderweg kwamen wij nog een paar flinke regenbuien tegen,
waaruit regenbogen voortkwamen.
We hebben in de middag toch besloten om door te varen naar
Siracusa. Dat werd toen om de beurt een slaapje doen. Het was een heerlijke
nacht met heel veel sterren, we hebben alle twee die nacht goed geslapen en toen
het ‘s morgens licht werd hebben wij nog een paar mooie foto’s kunnen maken.
De Etna kwam in zicht en blies een rookwolk uit die zich wel
20 km
ver strekte, zo hadden wij hem nog nooit gezien. Om 13.40 uur liepen wij Grand
Harbour in Siracusa aan en zijn daar vooranker gegaan, het was op de
ankerplaats niet druk en wij hadden ook geen zin om de stad in te gaan. We
hebben samen die nacht heerlijk liggen knorren.
De volgende morgen, na een lekker ontbijtje, ging het
richting Portopalo. Dit is een baai die helemaal ten zuidoosten van Sicilië
ligt, m.a.w. het zuidelijkste puntje van Italië op het eilandje Lampedusa na. Het begon allemaal windstil maar rond 14.00
uur woei het al west 5, voor ons dus hoog aan de wind.
Om 17.00 uur kwamen wij de baai in en zijn vooranker gegaan.
Wij zijn niet naar de wal gegaan, omdat wij de volgende morgen weer vroeg
wilden vertrekken.
Afstand was 35
mijl.
Dinsdagmorgen om 05.00 uur,
op deze manier lijkt het wel een slavenbestaan, was het nog windstil
toen wij ankerop gingen. Toen wij rond de kaap waren begon het nog te waaien
uit het noordwesten, dat was precies de richting waar wij heen moesten, er
stond een ruwe zee daarom moest het dieseltje zijn best doen. Maar later op de
dag deed het zonnetje zijn uiterste best en was het laatste stukje toch nog erg
prettig.
2 mijl
voor de invaart, hoorden wij ineens een schreeuw naast het schip, wij schrokken
ons rot de eerste reactie was wij overvaren een klein visbootje.
Tot onze grote vreugde
waren het Annemie en Patrick van SY Sparkle, die wij op Mallorca hebben leren
kennen, die met hun nieuwe RIB ons verwelkomden. zij hadden ons via de AIS
gevolgd.
|
De laatste zeemijltjes. |
Eenmaal in de haven, na eerst diesel te hebben getankt, zijn
wij naar onze winterplaats gevaren en daar stond een kompleet ontvangstcomité
ons op te wachten, dit hadden wij niet verwacht.
De afstand was 35 mijl
Na het afmeren hebben wij met zijn allen eerst een
aankomstborrel in de kuip gedronken en zijn daarna begonnen met het schip
ontzouten. En natuurlijk ’s avonds happy hour in de Stella Marina, waar wij
weer diverse mensen, nieuwe en oude bekenden de handen hebben geschud en gekust
en Gerard en Jacqueline van SY Buona Vista heeft aan ons de groeten
overgebracht van SY La Dolce Vita.
De tocht van 2015 heeft voor ons een gouden randje, wij
hebben het erg fijn gehad en veel dingen beleefd en gezien.
|
Dit jaar de laatste keer afmeren. |
Voor de statistieken:
Wij zijn vertrokken op 2 mei en zijn weer terug gekomen in
Marina di Ragusa op 6 oktober.
Wij zijn 157 dagen op stap geweest.
Wij hebben 39 ankerplaatsen bezocht en 31 havens.
782 motoruren en totale afstand was
1889 mijl.