vrijdag 5 augustus 2016

Following the Donkey Roads

Op dinsdagavond 2 augustus stopte er een motorfiets bij onze boot, met de vraag where do you come from? Omdat wij de vlag al binnen hadden was de nationaliteit onbekend (bij zonsondergang wordt de vlag weg binnengehaald en bij het ontbijt wordt hij weer bijgezet). Wij vertelde de rijdster dat wij uit Nederland komen en begonnen een heel gesprek, blijkt ze zelf ook een zeilboot te hebben in Australië. Uiteraard boden wij haar een drankje aan. Wij vertelden dat wij hier een auto wilden huren, maar er geen beschikbaar was in verband met het hoogseizoen.  Zij is wel Australische maar zij heeft hier ook een huisje met familieleden, want haar roots liggen hier. Zij betrekt het huisje om de 2 jaar voor een paar maanden en huurt dan een motorfiets. Toen zij vernam dat wij geen huurauto te pakken konden krijgen. Zij zei dan probeer ik wel wat te regelen.

De volgende dag om 8.00 uur ’s morgens ging de telefoon dat wij een auto konden ophalen, vanaf 08.40 uur tot 19.30 uur bij het verhuurbedrijf en dat zij die dag onze gids wilde zijn en dat zij ook even thuis onze was zou laten draaien. Zo dat kwam even mooi uit, want wij weten hier niet de leuke plekjes en stekjes. Omdat zij hier bekend is hebben wij gevraagd of zij ook onze chauffeur wilde zijn.  Daarna zijn wij op safari gegaan over het eiland Kythira.

Allereerst hebben wij het kasteel in Chora bezocht, wat een fantastisch gezicht over de baaien van Kapsali  en de wijde omgeving geeft.


Na de wandeling door het fort en het stadje zijn wij naar haar huisje gegaan en hebben daar koffie gedronken en de wasmachine misbruikt. Daarna zijn wij verder getrokken door het landschap naar het klooster in Myrtidia, genaamd “Agia Moni”, de vrouwen moesten een lange rok aan, voordat wij het klooster in mochten, er lagen genoeg leenrokken.


De kloostercellen waren in gebruik door pelgrims en geestelijke. De kerk is vol met gouden ornamenten en antieke afbeeldingen. Maria (onze gids) heeft haar boot genoemd naar één van de heilige uit deze kerk, omdat zij als baby zeer licht van gewicht was en men vreesde voor haar leven is zij daar gedoopt.

Na het bezoek zijn wij een klein weggetje opgereden naar het kapelletje van St. Nicolas. Het is in 1626 gebouwd en het leuke is men had geen water genoeg, dus hebben ze toen cement aangemaakt met wijn. Het kapelletje is voor de zeelieden neergezet.



Wij hebben daarna op een terras een hele koele J versnapering genoten, bij watervallen die droog stonden (hun wel, wij niet).
De tocht werd voortgezet naar de ruïnes van één van de eerste christelijke nederzetting in Griekenland. Toen de turken daar achter kwamen heeft Barbarossa daar iedereen uitgemoord. De ruïnes staan daar nog precies als toen.

Daarna hebben wij bij Avlemonas, aan de zuidoost kust, van de lunch genoten, dit is een piepklein haventje (waar wij ’s zondags niet meer bij pasten) en nu zaten wij prinsheerlijk op het terras met overzicht over het haventje en hebben van allerlei soorten vis gegeten, zoals wij voorheen een keer gedaan hebben met Elly en Gerard op Trizonia.

Daarna zijn wij weer verder gereden naar het binnenland naar Mitata, we hebben daar de bron bezichtigd en hebben daar van het frisse water gedronken en ons gezicht opgefrist. Daar het bloedje heet was, kwam dat zeer goed uit.

We hebben de ruïne van het kerkje bezichtigd dat door een aardbeving in 1963 bijna totaal vernietigd was. George Miller (producer Mad Max e.d.) wil het hele zaakje weer herbouwen maar dan op een andere plaats, want hier rammelt de aarde teveel.

Toen zijn wij meer noordwaarts gereden richting Platia Ammos, onderweg kwamen diverse donkey stops tegen. Dat zijn zeer kleine huisjes (lijkt meer op een overdekte bushalte) bestemd voor het uitrusten en schuilen voor mens en ezel dat in vroeger tijd gebruikt werd, maar nu nog steeds duidelijk zichtbaar in het landschap zijn.
Op de terugweg zijn wij langs de supermarkt gegaan en hebben bij Maria thuis de was opgehangen. Die zij de volgende dag op de motorfiets bij ons aan boord gebracht heeft.
Onderweg nog een leuk fotootje gemaakt van de haven Kapsali.


Wij zijn ’s avonds als een blok in slaap gevallen.

De volgende dag merkten wij dat wij niet zo goed meer in de contanten zaten en zochten hier in het dorp naar een flappentapper. Wij liepen op de boulevard een man tegen het lijf die accommodaties verhuurd en vroegen hem de weg naar de pinautomaat. Die zei, o dan moet je in Chora wezen, ik ga over een paar minuten daarheen, dan kan je mee rijden. Dus wij in zijn auto de berg op naar de pinautomaat, eenmaal gepind konden wij ook weer mee terug rijden, dat was voor ons een mazzeltje.
’s Avonds is Maria nog bij ons aan boord geweest en bracht wat kleine hapjes mee. We hebben afgesproken dat zij met ons meegaat naar Dhiakofti en vandaar regelt zij vervoer terug naar haar huis.
Wat frappant is, het hele eiland kent Maria. De familiebanden hier op Khytheria zijn zo enorm dat iedereen iedereen kent of je nu in Australië woont of hier.

Fort van Chora


1 opmerking:

  1. Hoi, het is leuk om zo het eiland te verkennen.
    Er zijn veel Grieken geemigreerd die toch weer regelmatig terug gaan. Jullie zijn nu weer teruggevaren naar Diakofti
    Groetjes 10&F

    BeantwoordenVerwijderen